Recept: Vlaams stoofpotje met friet en groentjes

Langzaam maar zeker ben ik aan het inburgeren in Vlaanderen. Mijn woordenschat is flink uitgebreid, bij de kassa vraag ik niet meer ‘pinnen?’ maar of ik ‘met kaart’ kan betalen en ik heb een Vlaamse AH-bonus kaart (of is dat nu juist heel Hollands, een bonuskaart?).
Het beste aan België is misschien nog wel de eetcultuur. Er zijn zoveel leuke restaurantjes in Gent en Antwerpen! M’n favoriete gerecht blijft natuurlijk het stoofpotje. Hoewel het zoer vleisj van mijn Limburgse oma erg lekker is, zijn de stoofpotjes nergens zo lekker als in België. Gelukkig wist ik een Belg te strikken die bereid was z’n toprecept met ons te delen.

chefkok jelle

Eigenlijk is de titel van dit recept “Vlaams stoverij met geroosterde pastinaak, wortel, hazelnoot en krokante aardappelpartjes”. Kijk, dit klinkt al een stuk chiquer. Maar als ik aan België denk, denk ik aan frieten. Dat zijn deze ‘krokante aardappelpartjes’ dan eigenlijk ook. En pastinaak en wortel zijn groentes. Omdat de Vlamingen dat zo schattig ‘groentjes’ noemen besloot ik de titel wat aan te passen.

Verder laat ik het woord aan Jelle, amateur chefkok (en foodblogger in spé, al staan er al wat van zijn recepten online op bloke.be). Naast het runnen van vintage meubel webshop veryvintage.be kookt Jelle ook elke week een lading maaltijden voor Gentenaren die daar zelf niet aan toekomen of geen zin in hebben. Via het platform Flavr kun je bij Jelle afhaalmaaltijden bestellen, een beetje zoals het Nederlandse thuisafgehaald.nl, maar dan wat beter uitgevoerd. Leuke tip dus als je in Gent woont, maar wees er snel bij: Jelle is bijna altijd uitverkocht!

Genoeg gepraat, ik geef het woord aan Jelle. Lees het volgende stuk dus in een mooi Vlaams accent. Oh en tip: in België noemen ze uien ajuinen ;-)

Vlaams stoofpotje: oerdegelijke, bourgondische klassieker

Het recept voor stoofpotje is vermoedelijk zo oud als de losliggende klinker voor de stoep van mijn ouderlijke huis. Stoverij, met een lekker gorgelende en Franse ‘R’ uitgesproken, is een typisch Vlaams gerecht dat sinds jaar en dag toch zeker in de top vijf staat bij de gemiddelde en niet zo gemiddelde Gentenaar.

De methode om vlees op lage temperatuur in een bouillon te stoven om het zo zacht te krijgen, bestaat al sinds de oudheid. Echter, hoe het uiteindelijke recept voor de echte Gentse stoofvlees ontstaan is, daar heb ik geen idee van. Een lamdronken kok die na het service zijn pilsje liet vallen in de kookpot, een heuse boterhammen met mosterd foodfight in de keuken van een middelmatige brasserie, een kasserol die voor afvalemmer werd aangezien… Wat de ware oorzaak ook mag geweest zijn, gaandeweg zijn de mensen meer en meer smaken beginnen toevoegen aan het gerecht. Met deze oerdegelijke, bourgondische klassieker tot het gevolg.

Ook ik probeer telkens weer wat nieuwe ingrediënten en specerijen toe te voegen om het bekendste Vlaamse gerecht een leveltje hoger te brengen.

Want met een beetje tovenarij, maak je een echte topper van stoverij. Oordeel lekker zelf. Smoakelijk!

Dit heb je nodig voor twee personen:

Voor de stoverij:

• 1 flesje donker kasteelbier
• Snuifje kaneel
• 2 eetlepels bloem
• 2 laurier bladen
• 3 kruidnagels
• Een eetlepel gedroogde cranberry’s
• Tijm
• Bouillon (runds)
• Peper en zout
• Bloem
• 2 ajuinen
• Een eetlepel bruine suiker
• 2 eetlepels Luikse stroop (ik vermoed dat gewone stroop ook wel zijn werk doet)
• 500 gram runds stoofvlees
• 2 boterhammen met mosterd

Voor de groenten:

• 2 pastinaken
• Jonge wortelen
• Hazelnootjes
• Honing
• Provencaalse kruiden

Voor de aardappel partjes:

• Friet aardappelen
• Teentje look
• Provencaalse kruiden

Zo ga je te werk

Allereerst: maak je stoverij een dag van tevoren. Hij zal veel beter smaken als je hem een nachtje laat trekken.
Kruid het vlees met zout en peper, een beetje bruine suiker en bloem. Bak aan in een hete ovenschotel zodat het vlees mooi gekorst is. Snijd de ajuinen fijn en voeg toe aan het vlees. Kruid met de Provencaalse kruiden, kaneel en de kruidnagel. Blus met het donker Kasteelbier en laat tot de helft inkoken. Voeg de bouillon toe en laat gedurende een uur of vier pruttelen op een zacht vuurtje. Het is beter niet te veel te roeren om zo je vlees niet kapot te maken. Voeg op het laatste twee belegde boterhammen met mosterd toe. Deze zullen voor de binding zorgen. Haal het deksel terwijl ook van de pot en voeg de Luikse stroop toe en de cranberry’s. Ik hou namelijk wel van wat zoetheid in zo’n stoofpotje. Als de boterhammen volledig verdronken zijn in die heerlijke, bruine saus en je vlees lekker mals en dradig is dan is je stoofpotje klaar. Laat, zoals eerder gezegd, nog een nachtje trekken in de koelkast.

Schil de pastinaak en snijd ze in kleinere stukken. Schil de worteltjes en doe ze bij de pastinaak in een ovenschaal. Overgiet met wat olijfolie en kruid met peper en zout. Voeg ook een klein scheutje water toe. Laat ongeveer een 10 minuten garen in een oven van 200 graden. Voeg op het einde wat honing toe en zet nog eens 5 minuten onder de grill.

Snijd de aardappelen in partjes en kook ze gaar in gezouten water. Als ze bijna klaar zijn, bak ze dan krokant in een pan met wat olijfolie. Voeg ook een teentje knoflook toe en kruid op het einde met grof zout en Provencaalse kruiden.

Werk af met wat hazelnoten en gedoogde cranberry’s. Eet smakelijk!